Verhalen
juli 2023
Ultrakort verhaal
In de week van het korte verhaal 2018 selecteerde Schrijverspunt samen met schrijfster Adriana S.A. en 55 woordenverhalenschrijfster en verzamelaar PickThisScript de 55 beste inzendingen van de 55 woordenverhalenwedstrijd.
Mijn ultrakorte verhaal zat daar ook bij en is te lezen in de derde editie 55 woordenverhalen ultrakorte verhalen voor onderweg.
Ruzie
'Vieze pad!' schreeuwt het sprookjesboek tegen de iPad. 'Jij hypnotiseert kinderen met je blauwe licht, bespeelt ze met je spelletjes. Daardoor lezen ze me niet!'
'Hó, zíj pakken mij,' reageert de iPad.
'Onzin.'
'Sprookjes zijn dat ook,' zegt de iPad stellig.
De tranen van het sprookjesboek rollen over het papier.
'Nu ben ik onleesbaar.'
© Shelly Roso
Juli 2023
Acht ultrakorte Vierdaagse verhalen
Schrijven online gaf online de uitdaging om vier dagen lang vier ultrakorte verhalen te schrijven van maximaal 99 woorden. Acht van de zestien door mij geschreven verhalen zijn geplaatst in het boek: De vriendelijkste marathon ter wereld van Uitgeverij Logikos.
Een
Vijf metalen rijplaten liggen op de hoek van het Julianapark, als teken dat de opbouw van het Vierdaagse-plein is gestart.
Een bewoner op leeftijd loopt er met haar ipad in de hand naartoe. Ze brengt het scherm dicht boven de platen en schiet wat foto's.
'Nu lijken het net landschappen door die roestkleur, de bandensporen en het regenwater,' zegt ze en toont me de afbeeldingen.
Er zijn omwonenden die deze platen zien als begin van vier weken drukte en chaos. Maar zij bekijkt ze als een kunstobject.
Ik opeens ook.
Twee
Marieke staat op de Wedren, haar naam pronkt op het blauwe shirt dat ze aan heeft. Zodra het startschot klinkt, de deelnemers wegwandelen, ga ik naar huis.
Om elf uur besluit ik om via de wedren richting stad te lopen. Aan een lange tafel zit Marieke.
'Ben je al binnen?'
'Uitgevallen.'Ze knikt naar het been dat uitgestrekt op een kussen op de bank ligt.
'Ach jee! Hoe?'
'Ik stapte op de hiel van een wandelaar, voet verstuikt. Mijn vader haalt me zo op, dan rijden we terug naar Den-Helder.'
'Balen zeg.'
In stilte wachten we lange tijd samen.
Drie
Vier dagen lang overal fietsen van de wandelaars;
Op de stoep, tegen het pand, in de fietsenrekken van omwonenden, op de auto parkeerplekken, tegen dranghekken, in de portieken van woningen.
Op een rij in de speeltuin, tegen de wipkip, de schommel en het klimrek aan.
In de kleine hondentoilet, op het sportveld, tegen de bomen, in de struiken...
Een meneer kan zijn voortuin niet uit omdat een aantal fietsen aan de poort en het hek zijn vastgemaakt. Wanneer je onder de stang van die fietsen door kijkt, zie je een kartonnen, geplastificeerd bord hangen waarop staat: Hier géén fietsen plaatsen aub!
Vier
Ze roept een naam, meerdere keren. Toeschouwers bekijken haar alsof zij de weg kwijt is.
'Wie zoekt u?' vraag ik.
'Martijn, mijn zoon. Hij draagt een rode Gaastra jas.'
Ik denk terug aan een jongen die mij eerder aankeek en luide kreten uitstootte.
'Net stond hij in het kinderpark bij een groep militairen,' zeg ik.
Ze gilt zijn naam, terwijl ze wegloopt.
Ik kijk naar de plek waar hij niet meer staat en schiet een gebedje naar boven.
'Boe!'hoor ik opeens. Martijn kruipt kierend achter een Kastanjeboom vandaan.
'God zij dank,' hoor ik zijn moeder zeggen.
Vijf
Socialisatie training van mijn hond tijdens de Vierdaagse
Maandag wandelden we door de menigte naar de uitgang.
Dinsdagmiddag gingen we over de Wedren, langs de muziektent.
Woensdag oefenden we 'het niet schooieren' door alle eettenten aan te doen en naast etende binnenkomers te gaan staan.
Dat deed hij goed.
Over de Wedren lopen we richting huis.
'Mevrouw,'hoor ik achter mij, 'uw hond heeft iets in de bek.'
Ik draai me om en zie een kwart stuk pizza uit zijn bek hangen.
Hoe je een hond ook traint, het blijft een hond!
Zes
Met een pruillip zit een puber naast mij op de Groesbeeksedwarsweg.
'Ik ben blij als de Vierdaagse voorbij is,' begint ze tegen mij.
Maandag bijna een uur in de rij gestaan om een startbewijs op te halen. Dinsdag om 5:00 uur op de Wedren moeten staan om mijn oma uit te zwaaien...
'Roze woensdag vond je toch wel leuk?' komt haar moeder ertussen.
'Gaat. Hoe laat kwam oma iedere dag binnen.'
'Rond drie uur.'
'Moet ik hier nog twee uren zitten wachten...?!
Ze pakt haar iPhone, zet een koptelefoon op en is van de Vierdaagse-wereld.
Zeven
Heb je op die sandalen gelopen? vraagt de Rode Kruis medewerker bij de EHBO-post.
'Ja,' antwoord ik.
'Geen wonder dat je beenspieren pijn doen.'
'Nee, ik...'
'Trek je schoenen maar uit.' Ze draait zich om en haalt een flesje olie tevoorschijn. Dan pakt ze mijn linkerbeen beet, drukt en kneed.
'Het valt nog mee.' Ze pakt mijn andere been en masseert dat ook.
'Nu kan ik wel weer verder,' laat ik haar even later weten. Vier dagen vier ultrakorte verhalen schrijven was even een blok aan mijn been, dank u wel.
Verbouwereerd laat ik haar achter.
Acht
'Hoe zijn de afgelopen vier dagen jou vergaan?' vraagt Fons de Poel aan mij.
'Met zweet, blaren en tranen.'
'Je hebt de Vierdaagse letterlijk van je afgeschreven, hoorde ik?'
'Nog al, ieder dag vier ultrakorte verhalen moeten bedenken.'
'Waar haalde je de inspiratie vandaan?'
'Van de omgeving, de lopers, de mensen langs de kant.'
'Volgend jaar weer?'
'Ik moet er even niet aan denken.'
Fons pakt mijn hand en ondanks de ingetapete vingers geeft hij me een ferme handdruk.
Ik vloek, word wakker van mijn eigen stem en trekt mijn slapende hand onder me vandaan.
© Shelly Roso